Metacommunication!

Vele communicatiedeskundigen onderschatten het, en zeker zij die communiceren vanuit een
gezagsfunctie: de kracht en het belang van metacommunicatie. Voor de goede orde leggen we eerst
nog even uit wat metacommunicatie is. Het Griekse voorvoegsel “meta” wil zeggen “over”. Het is dus
communicatie over de communicatie als dusdanig. Ingewikkeld? Niet echt. In alledaagse situaties
gebruiken (of misbruiken) we metacommunicatie. “Op deze manier spreekt ge niet tegen uw papa” is
een duidelijk voorbeeld. De baas van een bedrijf – neem nu de VRT – die een nota uitstuurt met de
dwingende toon dat niemand buiten de woordvoerder met de pers mag spreken, is een ander
voorbeeld.
Metacommunicatie gaat dus over de “teneur” van een boodschap, over de onderliggende betekenis
ervan, en over relatie met jouw gesprekspartner. Wie kent Paul Watzlawick? Wellicht weinigen onder
ons. Deze Oostenrijks-Amerikaanse filoloog (overleden in 2007), die onder andere les gaf aan de
universiteiten van Palo Alto en Stanford, is nochtans bekend van zijn vijf communicatie-axioma’s.
Geen kleine jongen in het vak dus. Zijn bekendste en eerste axioma is : “Het is onmogelijk niet te
communiceren”. We gaan niet alle axioma’s overlopen: die kan je googelen of aan ChatGPT vragen.
Interessant is wel dat hij ook een axioma had over metacommunicatie, en dat luidt: “Elke
communicatie heeft een inhoudsaspect en een betrekkingsaspect”. Naast de inhoud van de
boodschap – hoe duidelijk die ook is – speelt ook de onderlinge relatie tussen de betrokkenen in de
communicatie een rol. Als de relatie goed is, zal er meer begrip zijn voor de boodschap. Uiteraard
geldt dit ook vice versa.
Vandaar het belang van metacommunicatie. Communicatiedeskundigen focussen heel makkelijk op
de inhoud van de boodschap, maar houden amper rekening met de context van de boodschap.
Vergeet nooit dat wat je zegt of schrijft, ook meteen iets vertelt over hoe je met anderen omgaat of
hoe je wil dat anderen met jou omgaan. Het is duidelijk dat dit tot ruis of storing in een
communicatie kan leiden. Een slechte relatie met de communicatiedoelgroep maakt de boodschap
vaak troebel en leidt tot moeilijkheden om de boodschap goed te laten “landen”. Watzlawick
benadrukt ook het belang van een goed evenwicht tussen wat hij analoge en digitale taal noemt.
Analoog staat voor de inhoud, digitaal staat voor het non-verbale of de relationele context. De twee
talen moeten zoveel als mogelijk overeenstemmen om tot geslaagde communicatie te komen.
Slotsom? Vooral niet vergeten dat communicatie een menselijk proces is. Als jouw organisatie weet
dat er rond het brugpensioen een delicaat maatschappelijk debat woedt, stuur dan geen persbericht
uit dat de grote baas zelf met brugpensioen gaat. Dat lijkt heel erg logisch, en toch zagen we daar
recent een straf staaltje van. “Waar mensen zijn, wordt er gemenst”. Het was uitgerekend een
vakbondsmilitant die me dit ooit zei…

Kris Poté, vice president Capgemini, 25 juli 2023.